Korenmolen "De Vlijt" te Marle

De Vlijt (Foto: ansichtkaart)

 

  Achtkante
  rietgedekte
  stelling
  korenmolen
  met een houten,
  gepotdekselde
  onderachtkant.

  Oudhollands opgehekt
  met windborden.

  De vlucht van deze molen
  is 23,60 meter.
  De roeden zijn
  Oud-Hollands opgehekt.

  De stellinghoogte
  bedraagt 8,0 meter.

  De molen is voorzien van
  een neutenkruiwerk.
  De molen wordt gekruid
  met een kruilier.

Deze tweede nog werkende molen in de gemeente Wijhe bevindt zich aan de Gelderse kant van de IJssel, in het buurtschap Marle. De geschiedenis *) van deze molen gaat terug naar 1871. In dat jaar werd in Leeuwarden de oliemolen De Jonge opgericht aan de Harlinger Trekvaart. Hij stond daar tezamen met twee andere oliemolens, te weten De Kat en De Fortuin. Reeds in 1878 werd De Jonge uitgerust met een stoommachine. Deze molen werd in 1887 door de Deventer molenbouwer F. ten Zijthoff gekocht, afgebroken en verscheept naar Marle. In hetzelfde jaar werd hij heropgericht als korenmolen "De Vlijt". Hij kwam op een plaats te staan, waar nog niet eerder een molen had gestaan.

De Vlijt (Foto: ansichtkaart)

De molen "De Vlijt" op een ansichtkaart uit 1912.

Veel balken getuigen nog van zijn oorspronkelijke functie van oliemolen. Opvallend zijn de lange, steil staande korbelen. Van het gaande werk is meegekomen: de houten as, de houten roeden, koningsspil, bovenwiel, bonkelaar en waarschijnlijk het steenwiel van de kollergang. De houten as is vóór 1900 een keer vervangen door een nieuwe.

De aandrijfas voor de dubbele koekenbreker en de menger ligt aan de westzijde, boven het oude spoorwiel. Het varkenswiel heeft 24 kammen; het (oude) spoorwiel 83 kammen. Er waren twee houten poelies. Die van de menger is gedemonteerd, maar kan herplaatst worden. De overbrenging van de poelies van de koekenbreker is ø 88 op ø 74. De overbrengingsverhouding vanaf de koningsspil naar de koekenbreker is derhalve 1:4,11.
De gebroken koeken werden gemalen op het zuidelijke steenkoppel. De huidige lopersteen van dit koppel is van de firma Reijer Rutgers uit Wageningen.

Op de maalzolder is een afschietwerk aanwezig bij het sleepluiwerk, dat zich aan de oostzijde bevindt. Deze inrichting maakt het mogelijk om snel zakken meel naar beneden te laten. Het luiwerk zelf kan behalve met windkracht ook elektrisch bediend worden.

In 1950 werd er een Ruston dieselmotor van 22 pk in de molen geplaatst ter vervanging van de oude motor, die niet naar tevredenheid werkte. Hij dateert van 1935 en heeft eerst dienst gedaan in een wasserij te Heerde, waar hij slechts een jaar heeft gewerkt.

Eigenaren van de molen waren: J. H. Kelderman (1887-1921), H. C. Kelderman (1921-1959), J. H. Kelderman (1959-1971), fam. Eilander (1971-1981), fam. Van Dijk (1981-1984), fam. De Badts (1984-1990) en de Stichting "De Wijhese Molen" (1990-heden).

Gelegen aan de Gelderse IJssel en met een uitstekende biotoop is de molen een juweel in het landschap.

op de stelling van de molen te Marle

Hier sta ik op de stelling bij de kruilier, die is bevestigd aan de staartbalk.
Achter mij is de IJssel te zien met het uiterwaardenlandschap en de buitenwaarden ten noorden van Wijhe.
De foto is gemaakt op 9 januari 1999.

De molen, die op de (fiets)route naar Hattem (of Veessen) ligt (in beide plaatsen staan eveneens interessante molens), is prachtig gelegen aan de voet van de dijk lang de IJssel.

Onder in de molen bevindt zich een aardige kunstgalerij die, evenals de molen, te bezichtigen is.   website

*) De informatie op deze pagina is voor een groot deel verzameld door Erik Tijman. Zie voor een volledige publicatie zijn artikel "Korenmolen De Vlijt te Marle", in het blad "Molinologie" nr. 8, 1997, (een TIMS Nederland-Vlaanderen uitgave).


Vermelding op de Nederlandse molendatabase: De Vlijt en op de database van De Hollandsche Molen: De Vlijt.


Deze pagina is onderdeel van   de-liefde-logo   de homepage van B. D. Poppen.

owl

updated           -       Copyright © 1999/2022             up